Hoe merk ik het?
- Nek- en schouderklachten na een ongeval waarbij de nek een krachtige, abnormale beweging heeft gemaakt
- Stoornissen in concentratie en geheugen
- Misselijkheid en/of braken
- Duizeligheid, oorsuizen, wazig zien
- Slaapstoornissen, vermoeidheid
- Veranderingen in de stemming zoals verhoogde prikkelbaarheid of somberheid
Hoe werkt het?
- Whiplash betekent letterlijk zweepslag. Het is de benaming voor een klachtenpatroon dat ontstaat bij een krachtige beweging van de nek tijdens een ongeval. Een scala van klachten kan daardoor ontstaan. Op de eerste plaats pijn en stijfheid van nek en schouders, soms met uitstraling of tintelingen en krachtsverlies in de armen. Maar ook:
- klachten over concentratie, geheugen of denksnelheid;
- misselijkheid, braken of transpireren;
- duizeligheid, evenwichtsstoornissen, wazig zien of oorsuizen;
- slaapstoornissen, moeheid of achteruitgang van de conditie;
- somberheid, sneller geëmotioneerd of geïrriteerd zijn.
Hoe ontstaat het?
Een whiplash ontstaat door een ongeval waarbij de nek betrokken is. De meest voorkomende oorzaak is de aanrijding van achteren. Hoofd en nek worden daarbij met kracht naar achter en daarna naar voor geworpen. Maar ook een aanrijding van opzij of een ongeval in huis, tijdens werkzaamheden of sport kan een whiplash-achtig klachtenpatroon doen ontstaan.
Hoe ga ik er zelf mee om?
Aan een eenmaal opgetreden whiplashletsel kunt u zelf weinig meer doen. De kans op een whiplash-letsel kunt u wel verkleinen door uw auto eventueel te voorzien van een stevige, zachte hoofdsteun die goed is afgesteld. Een goede afstelling betekent: de bovenkant van de hoofdsteun moet op dezelfde hoogte staan als de bovenkant van uw hoofd. Lukt dat niet, zet dan de hoofdsteun zo hoog mogelijk. De afstand tussen hoofd en hoofdsteun mag niet meer bedragen dan vier centimeter. Zet daarbij de rugleuning van uw stoel niet te ver naar achteren en let ook op de hoofdsteun van uw medepassagier(s). Na een whiplashletsel is een goed medisch onderzoek van belang. Het is dan ook in algemeen bij nekklachten na een ongeval verstandig uw huisarts om advies te vragen
Hoe gaat de arts er mee om?
Uw huisarts kan aan de hand van een onderzoek beoordelen of een verwijzing naar neuroloog of orthopedisch chirurg zinvol is. Dat is in het algemeen alleen het geval bij ernstige klachten of bij neurologische of orthopedische afwijkingen. Het belangrijkste doel van de behandeling is de duur van de klachten zoveel mogelijk te beperken. Belangrijk is dat in een zo vroeg mogelijk stadium begonnen wordt met het actief bewegen van hoofd en nek. Te hoge maar zeker ook te lage belasting moet daarbij worden vermeden. Ook goede pijnstilling, door middel van NSAID's (zoals ibuprofen of diclofenac) of paracetamol kan in de eerste weken zinvol zijn. In het algemeen wordt het dragen van een halskraag niet meer geadviseerd. Behalve bij veel pijn en dan alleen nog gedurende enkele uren per dag en maximaal een week. Na de eerste week worden de activiteiten langzaam uitgebreid. Indien het goed gaat wordt na een drietal weken geprobeerd de normale dagelijkse activiteiten en werkzaamheden weer zoveel als mogelijk op te pakken. Indien het herstel in de eerste weken stagneert is begeleiding door fysio-, mensendieck- of caesartherapeut aan te bevelen. Bij uitblijvende verbetering tijdens begeleiding door een fysio-, mensendieck- of caesartherapeut valt verwijzing naar een revalidatiearts of naar een speciaal centrum voor rug- en nekproblematiek te overwegen.
Wetenschappelijk nieuws
Een PET-scan kan zichtbaar maken welke functionele veranderingen er optreden in de hersenen na mild traumatisch hersenletsel of whiplash. Dat maakt de PET-scan volgens David Vállez García ook geschikt om mild hersenletsel of whiplash beter te begrijpen. Deze resultaten zijn belangrijk omdat mild traumatisch hersenletsel en – vooral – whiplash in onze Westerse wereld veel voorkomt, en gangbare afbeeldingstechnieken vaak tekort schieten om blijvende klachten te verklaren. Volgens UMCG-onderzoeker Vállez García worden de gevolgen van mild traumatisch hersenletsel en whiplash vaak onderschat, omdat de schade vaak beperkt lijkt en symptomen soms al binnen een paar weken lijken te verdwijnen. Wanneer er klachten blijven en wanneer gangbare afbeeldingstechnieken geen weefselschade (meer) laten zien, zoeken artsen de verklaring vaak in de psychologische hoek. Vállez García was benieuwd of een PET-scan meer inzicht kan verschaffen in waarom sommige patiënten klachten houden. De promovendus onderzocht dat met behulp van proefdieronderzoek en onderzoek in een groep van acht vrouwelijke patiënten met een chronische whiplash. In beide gevallen concludeert hij dat een PET-scan informatie geeft waar traditionele afbeeldingstechnieken geen weefselschade kunnen vaststellen en waar er geen afwijkende cognitieve patronen of gedragspatronen zijn. Voor de whiplashpatiënten stelde hij bijvoorbeeld vast in welke hersengebieden de bloedstroom veranderd was na het ongeluk. Deze bevindingen bevestigen opnieuw waarom deze patiënten meer pijn ervaren dan op basis van hun symptomen verwacht mag worden. David Vállez García (1981) behaalde zijn mastertitel Clinical Psychoneuroimmunology aan de Universiteit van Girona, Spanje. Hij verrichtte zijn promotieonderzoek binnen de afdeling Nucleaire Geneeskunde en Moleculaire Beeldvorming en onderzoeksschool BCN-Brain van het Universitair Medisch Centrum Groningen. Vállez García is als onderzoeker verbonden aan het UMCG.
Mensen met een whiplash kunnen het beste zo snel mogelijk hun dagelijkse bezigheden hervatten, zo concluderen onderzoekers. Tot nu toe werd gedacht dat rust en ondersteuning van de nek met een halskraag de beste therapie was bij een whiplash. Deze opvatting wordt echter de wereld uit geholpen door onderzoek door de Erasmus Universiteit Rotterdam, Nederlands Paramedisch Instituut en de Universiteit Maastricht. De onderzoekers hebben vooral de vakliteratuur goed onderzocht. Daaruit bleek dat mensen die na het oplopen van een whiplash gewoon verder gaan met hun normale bezigheden, veel eerder genezen.
De meeste mensen met nekletsel dat valt binnen de categorie Whiplash-Associated Disorder (WAD) herstellen snel en kunnen binnen enkele dagen of weken weer aan het werk. Sommigen blijven echter klachten en beperkingen houden. Artsen gebruiken o.a. functionele testen voor diagnostiek. UMCG-onderzoeker Maurizio Trippolini onderzocht hoe nauwkeurig de meeteigenschappen van twee van zulke tests zijn: de Functionele Capaciteit Evaluatie (FCE) en de Spinal Function Sort (SFS). Op basis van zijn onderzoekresultaten doet de promovendus aanbevelingen voor optimaal gebruik van de testen om patiënten goed te begeleiden naar hun werkhervatting. Maurizio Trippolini (1975) studeerde Fysiotherapeutische Wetenschappen aan de Universiteit van Maastricht. Hij verrichtte zijn promotieonderzoek bij de afdeling Revalidatiegeneeskunde van het Universitair Medisch Centrum Groningen. Het onderzoek werd bekostigd door de Swiss Accident Insurance Fund (suva). Trippolini werkt als hoofd arbeidsrevalidatie, onderzoeker en fysiotherapeut in revalidatiecentrum Rehaklinik Bellikon in Zwitserland.
Hoewel bij chronische pijn in spieren of gewrichten soms wordt gezegd dat die "tussen de oren zit", kan ook een overgevoelig centraal zenuwstelsel een rol spelen. Onderzoekers van de Vrije Universiteit Brussel, KU Leuven en de St. Radboud Universiteit hebben onderzoek hiernaar gedaan. Vaak kost de vruchteloze zoektocht naar oorzaken bij chronische pijn veel tijd en geld. Pijn door een overgevoelig zenuwstelsel komt vaak voor bij mensen met een chronische whiplash, artrose, chronische lage rugpijn, reuma en chronische hoofdpijn. Zij reageren vaak slecht op gangbare behandelingen en zijn gevoeliger voor druk, geluid, licht, geuren, medicatie, pesticiden, koude en ook stress. Deze mensen gaan volgens de onderzoekers beter naar een zorgverlener die gespecialiseerd is in het bewegingsapparaat. Zo"n behandeling kan het centrale zenuwstelsel tot rust brengen.